Negen medailles en vier clubrecords voor grote afvaardiging op NK Junioren
Het NK Indoor voor U18- en U20-atleten heeft Sparta negen medailles en vier clubrecords opgeleverd. Nooit eerder was het aantal Spartanen op een NK junioren zo talrijk en nog nooit was de oogst zo groot.
Alleen de grootmachten PAC en Altis brachten afgelopen weekend in Apeldoorn meer atleten dan Sparta in stelling op deze belangrijkste indoorwedstrijd voor junioren. 24 inschrijvingen telde de geelzwarte équipe, onze grootste afvaardiging ooit en een overtuigend bewijs dat we weer aansluiting hebben bij de nationale top. En niet alleen kwantitatief, ook in kwaliteit. Het regende persoonlijke records en het tweedaagse evenement leverde negen medailles, dertien top 8-posities en vier clubrecords op.
Angelo de Nooijer (U20-M) had zaterdagmiddag, als regerend outdoorkampioen op dit onderdeel, grote plannen voor het verspringen, maar daarvoor was naar verwachting wel een sprong van meer dan zeven meter nodig. Hij opende met 6,74, gevolgd door 6,72 en een foutsprong. Daarna kwam hij los: met 6,89 door naar de tweede plaats en vervolgens twee keer over de grens van zeven meter, met 7,15 en 7,21. Onbedreigd naar goud! Het waren Angelo’s beste sprongen dit indoorseizoen, sterker nog: 7,21 was een verbetering van het clubrecord van Ron van Wilgen met twee centimeter. Dat was sinds 1971 voor iedereen onbereikbaar geweest.
Verdiende titel
Eliza van Velthoven (U18-V) tekende op zondag voor goud bij het hinkstapspringen. De vijfde poging was haar beste: ze landde na 10,97 meter in het zand. Het was een volkomen verdiende titel want ze zette de vijf beste sprongen van de wedstrijd op haar naam, alle bovendien verder dan het pr waarmee ze aan het onderdeel begon. Ze deelde haar vreugde met trainingsgenoot Yuki Chen, die beslag legde op het brons. Dat was een kwestie van centimeters. Met een fractie meer was Yuki tweede geworden, met een fractie minder had ze niet eens het podium mogen beklimmen. 10,81 meter was haar beste sprong.
Zaterdag stonden de Sparta-fans op de banken voor Suzanne Harland (U18-V). Na eerder op de dag zich al moeiteloos voor de finale van de 1500 meter te hebben geplaatst, handhaafde ze zich op de 3000 meter zonder problemen in de kopgroep en naarmate de vijftien ronden verstreken schoof ze steeds verder naar voren. Dat de favoriete Kaate Mulders drie ronden voor het einde een gaatje sloeg was te voorzien, verrassender was dat Suzanne in tweede positie haar concurrenten voor de medailles afschudde en de afstand op Kaate niet groter liet worden. Ze leek zelfs enigszins dichterbij te kruipen. Aan de finish was het verschil nog maar twee seconden, een schitterende zilveren plak voor Suzanne, met een tijd onder de tien minuten. Een blik op de nationale ranglijst aller tijden leerde dat slechts zeven atletes ooit sneller waren geweest.
Een dag later was in de finale van de 1500 meter opnieuw Kaate Mulders superieur. Suzanne nestelde zich kort na de start op plaats drie en stond die niet meer af, hoe zwaar de atletes in haar rug de druk ook opvoerden. Opnieuw een fraaie medaille voor Suzanne, die met 4.40,31 het clubrecord van Stella Jongmans uit 1987 met twaalf seconden verpulverde.
We hadden ook graag Eva Rittershaus in de 3000 meter-race van Suzanne gezien. Eva dreigde bij de U18-V op basis van haar opgegeven tijd, of beter het gebrek daaraan, te worden uitgesloten van deelname, maar ze vond een geitenpaadje naar de startlijst van de U20-V. Reglementair is dat toegestaan, dus draaide de pas dertienjarige Eva haar rondjes in het gezelschap van jong-volwassen vrouwen. Ze konden haar niet bijhouden, op één na. Verbaasd zagen de Sparta-supporters haar twee ronden voor het einde in volle sprint voorbij vliegen. Een ronde later kwam de verklaring. Eva had zich in de mêlee van gedubbelde loopsters vergist en finishte te vroeg. Gelukkig kwam ze tijdig bij zinnen en was haar voorsprong groot genoeg om zich deze misrekening te permitteren. Met 10.22,72 nam ze de zilveren medaille lachend in ontvangst.
Raketstart
Ook zilver was er voor Amber Steijn (U18-V), op de 60 meter. Een soepele race in de voorronde en een raketstart in de halve finale, waarbij ze met 7,77 het clubrecord van Franziska Burchett uit 2020 tot op een honderdste naderde, lanceerde haar als snelste van het hele veld naar de finale. Daarin waren de verschillen bijzonder klein. Amber stoof deze keer naar 7,80 en greep daarmee de zilveren plak. Dat wankelende clubrecord van Franziska hield dus nog stand, voor Amber wacht komend weekend op het NK voor senioren een nieuwe kans om bij de meisjes de snelste junior uit de Sparta-historie te worden. Zondagmiddag haalde ze de eindstreep van de 60 meter horden niet. Na het derde opstakel weigerden de benen.
Bij het hinkstapspringen was Maarten Alvares (U18-M) op zaterdagmorgen in alle vroegte aan de beurt. Hij was echter wakker genoeg om te openen met 12,70 meter: een mooie score maar na vijf ronden bleek dat resultaat te weinig voor een plaats op het podium. Maarten zette alles op alles en hinkte, stapte en sprong indoor voor het eerst over de dertien meter: 13,09. Met een overschot van twee centimeter op nummer vier greep hij het brons. Maarten moest op zondag genoegen nemen met een bijrol op hoog: 1,80 meter lukte nog, op 1,84 ging hij nat. Beter ging het in de voorronde van de 60 meter horden. Met een sterk pr (8,35) drong hij zeer knap door tot de finale, waarin een zwakke start hem verhinderde zich in de strijd om de ereplaatsen te mengen.
Brons was ook de kleur van de medaille die Nubia Belfor (U20-V) opeiste. Haar reeks was met vijf van de zes jumps boven de elf meter solide. Goud en zilver waren buiten bereik en dus mocht Nubia tevreden zijn met de derde plaats en een fraai clubrecord, dat al op haar naam stond en vanaf nu 11,38 meter is.
Op de lange afstanden beloonden vele Spartanen zich, naast de al genoemde Suzanne en Eva, voor de lange trainingsuren: Diego Westendorp (U18-M) snoepte op de 800 meter twee seconden van zijn pr af en zijn maatje Hidde Commandeur was niet eerder zo goed op de 1500 meter. Bij de U18-M was deze eeuw op die afstand niemand sneller dan Hidde. Nyncke en Fycke Trinthamer (U18-V) bleven op de 800 meter beiden onder de magische grens van 2.30 en konden juichen om een pr. Carrée Wagter (U20-V) liep op de 1500 meter heel verstandig en volwassen naar een plaats in de finale, waarin ze tiende werd. En dan was er aan het begin van de zaterdagavond nog Jonatan Janssen (U20-M) op de 3000 meter. Dat hij mocht starten, zag er aan het begin van de week niet naar uit. Hij was uitgesloten van deelname door een reglement dat erin voorzag dat lopers met een omgerekende tijd op basis van een 1500 meter voorrang kregen boven lopers die wel een tijd op de 3000 hadden staan. Jonatan protesteerde tegen deze atleet-onvriendelijke gang van zaken en kreeg van de organisatie gelijk. Hij bewees thuis te horen tussen de elite van zijn leeftijdscategorie en eindigde zeer fraai zesde in een pr, 9.28,72.
Toilet
Ook in de top acht van hun onderdeel eindigden Rik Faber (U18-M) en Milou Heurter (U18-V). Rik is nog U16 maar rende op de 400 meter toch al het clubrecord van Johan van der Zande (1999) uit de boeken: 52,11 is de nieuwe toptijd. Hij werd er zaterdag zevende mee, één plaats te weinig om de finale te bereiken. Althans, dat dachten alle betrokkenen. Door een zeer late afmelding werd hij op zondag toch nog opgeroepen voor de finale, maar dat was heel Sparta ontgaan. In allerijl moest hij van het toilet worden geplukt, nog bijkomend van de 200 meter van die ochtend, die hij in een pr had afgeraffeld. De snelheid waarmee Rik zijn spikes voor de 400 aantrok, vertaalde zich niet naar spetterende race. Door een gebrek aan voorbereiding werd hij zesde.
De finale van Milou bij het kogelstoten verliep minder chaotisch. Door een gehavende hamstring, overgehouden aan de indoormeerkamp die ze vorig weekend afwerkte, moest ze helaas afzeggen voor het verspringen en de 200 meter. Kogel ging nog wel. Met 12,48 meter werd ze achtste.
Dank aan alle trainers, begeleiders, ouders en andere supporters die onze atleten naar grote hoogten hebben gestuwd!